We zitten in een transitie naar duurzamer bouwen. Hierin moeten we elkaar op meerdere thema’s blijven vinden, zodat het werkbaar blijft om nieuwe woningen te maken en tegelijk te werken aan de klimaatdoelstellingen. Waar mogelijk zijn voor dit convenant bestaande netwerken en initiatieven gebruikt om een zo breed mogelijke groep publieke en private partijen te laten aansluiten bij het convenant. Daarmee proberen we eenduidigheid in taal en indicatoren te bereiken.
De afspraken over duurzame woningbouw wordt aangesloten op het beleid van andere overheden en relevante inhoudelijke trajecten. Denk aan Cirkelstad met ‘Samen versnellen’, ‘Groen Groeit Mee’, op weg naar ‘Het nieuwe normaal’ en de ‘City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen’. Daarnaast is er goed contact met de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU). De NMU heeft een handboek samengesteld ‘Bouwen voor de Toekomst’ waarin handvatten staan om ook de indicatoren van het convenant in de praktijk toe te passen. De Regionale Ontwikkelings Maatschappij (ROM) is ook betrokken bij het opstellen en implementeren van het convenant.